Met behulp van de in kaart gebrachte energiestromen bepaalt de Dijkstra Groep haar emissie-inventaris voor directe emissies (scope 1) en indirecte emissies (scope 2). Hierbij geldt het jaar 2009 als referentiejaar. Hiervoor worden de energiestromen vermenigvuldigd met de door het SKAO verstrekte conversiefactoren met als uitkomst de emissie in tonnen CO2 per energiestroom. Deze energiestromen kunnen worden onderverdeeld in verschillende emissiebronnen.
Tevens bepaalt de Dijkstra Groep sinds 2012 (referentiejaar) haar emissie-inventaris voor overige indirecte emissies (scope 3). Dit betreffen de emissies die ontstaan als gevolg van onze activiteiten, maar die voortkomen uit bronnen die geen eigendom zijn noch beheerd worden door onze organisatie.
Hierdoor heeft de Dijkstra Groep naast inzicht in scope 1 en 2 tevens continu inzicht in de meest materiële scope 3-emissies.
Reductie
De ambitie om de emissie die gepaard gaat met de bedrijfsactiviteiten van de Dijkstra Groep (scope 1, 2 en 3) te reduceren, is verwoord in de beleidsverklaring van beide werkmaatschappijen. Deze verklaring heeft het aantoonbare commitment van de betrokken directies.
In de huidige certificeringsperiode is de doelstelling ruimschoots behaald. De reductie ten opzichte van het basisjaar (2012) als het gaat om scope 1 en scope 2 komt uiteindelijk uit op 58%. De keuzes die door de directie zijn gemaakt werpen hun vruchten af.
Voor de lopende certificatieperiode wordt gestreefd naar een extra reductie ten opzichte van het basisjaar van 5% voor scope 1 en 2.
Voor scope 3 is de doelstelling geformuleerd in de ketenanalyse (dit betreft de totale CO2 uitstoot in de keten voor een ton asfalt van winning van grondstoffen tot en met aanleg).